Ouderen met een migratieachtergrond krijgen in Almelo hulp en ondersteuning op afstand van virtuele assistent Anne. Het inzetten van zorgtechnologie neemt tijdens de coronacrisis een enorme vlucht, volgens Marjolein den Ouden, lector Technology, Health & Care bij Saxion en practor Zorg en Technologie bij ROC van Twente. “Juist nu moeten we onderzoeken hoe we technologie duurzaam kunnen implementeren in het werk én in het leven van mensen.”
Het nut van zorgtechnologie
Voor Marjolein den Ouden zijn het interessante tijden. Met studenten, docenten, onderzoekers en zorgprofessionals werkt ze al jaren samen in verschillende projecten om de adoptie en acceptatie van technologieën in gezondheidszorg en welzijn te verbeteren. “Ik zie dat de innovaties door de corona-uitbraak opeens een stuk sneller gaan. Voorheen moest je mensen eerst overtuigen van het nut van zorgtechnologie, nu is technologie een vanzelfsprekendheid”, merkt Den Ouden. Dat geldt ook voor Anne: voor de inzet van de virtuele assistent bij (voornamelijk) Turkse migrantenouderen is in april een subsidie toegekend door het ministerie van VWS. “Het grote voordeel is dat we nu sneller de technologie écht in kunnen zetten. We kunnen mensen vragen naar hun ervaringen: wat werkt wel, wat werkt niet? Als je die ervaringen niet kent, blijft zorgtechnologie fictief. Juist nu moeten we onderzoeken hoe we technologie duurzaam kunnen implementeren in het werk én in het leven van mensen. En tegelijkertijd moeten we net zo goed onderzoeken wanneer een technologie geen toegevoegde waarde heeft voor mensen.”
Anne: een werkzaam voorbeeld van artificial intelligence in de zorg
Anne is een virtuele persoonlijke assistent en een werkzaam voorbeeld van artificial intelligence (AI) in de zorg. Anne werkt op een tablet en helpt op die manier ouderen bij het beeldbellen, maar Anne reageert ook op spraak: ze praat terug als iemand iets vraagt, luistert naar wat mensen zeggen en voert taken uit. Virtuele assistent Anne is daarmee meer dan zomaar een tablet waarmee ouderen kunnen beeldbellen. Achter de stem en het gezicht schuilt intelligente software: er wordt gebruik gemaakt van spraakherkenning, spraaksynthese-technologie en artificial intelligence (AI). De virtuele assistent herinnert aan afspraken, aan het innemen van medicatie of om op tijd te eten en drinken. Maar ze kan mensen ook stimuleren om dingen te doen. Daarnaast kan Anne in combinatie met een service van een ‘mens achter Anne’ worden ingezet; een begeleider die elke week via videobellen contact heeft en ervoor zorgt dat alles goed ‘in Anne’ komt te staan. Het bijzondere in het project met migrantenouderen is dat Anne ook als assistent ook de moedertaal, in dit geval Turks en Engels, spreekt van de ouderen waarbij ze wordt ingezet.
Waarde van praktijkgericht onderzoek
Voor de inzet van virtuele assistent Anne bij migrantenouderen, gaat Marjolein den Ouden met het lectoraat Health Care & Technology bij Saxion praktijkgericht onderzoek uitvoeren. De inzet van Anne wordt gemonitord en beschreven: de ervaringen van de migrantenouderen staan hierbij centraal. “We gaan het gebruik meten, harde data verzamelen, maar juist ook het levensverhaal van de mensen die het gebruiken nemen we mee. Dat is de kracht van dit onderzoek”, vindt Marjolein den Ouden. “We hebben het vaak over de kwaliteit van leven van mensen, maar dat zijn grote en abstracte begrippen. We gaan mensen daarom vragen: wat is nu voor jou de toegevoegde waarde van Anne? Hoe gebruik je het? Waar loop je tegenaan? Vertel eens hoe Anne op je overkomt? Wat komt ze jou brengen?” Dat dit soort praktijkonderzoek gedaan wordt is van groot belang, vindt de lector. “Er is ontzettend veel zorgtechnologie beschikbaar, maar niet voor iedereen is dezelfde technologie geschikt. Als zorgprofessional wil je een goede afweging kunnen maken en weten welke technologie het beste bij welke doelgroep past. En vervolgens wat volgens de gebruikers do’s and dont’s zijn bij het inzetten van de technologie, zodat je ook als zorgprofessional weet waar je rekening mee moet houden.”
Match maken tussen mensen en technologie
Dat er nu onderzoek wordt gedaan naar het gebruik van technologie binnen de doelgroep ouderen met een migratieachtergrond is ook waardevol, vindt den Ouden. “Iedereen kijkt vanuit zijn eigen denkkader en visie naar technologie, dat maakt dat mensen andere behoeften en wensen kunnen hebben als het gaat om technologie. Het is daarom belangrijk dat de de doelgroep ouderen met een migratieachtergrond deelneemt aan onderzoeken. “We hebben diversiteit nodig in de onderzoeken die we doen naar de inzet van zorgtechnologie, want juist dan krijgen we een goede indruk van welke technologie werkt in welke situatie. Daarom vind ik het mooi dat we in dit project de wensen en behoeften van migrantenouderen verder kunnen verkennen: Anne spreekt bijvoorbeeld Turks. Maar om Anne aan het werk te krijgen moeten mensen door de coronamaatregelen ook op afstand overtuigd worden om technologie te gebruiken. Werkt dat? Ook dat onderzoeken we. Uiteindelijk werkt technologie pas als je een match kunt maken tussen mensen en technologie.”
Warme zorg op afstand
Die match tussen mens en technologie moet er niet alleen zijn tussen de ouderen en Anne, maar ook de zorgprofessional of mantelzorger moet de technologie omarmen om het succesvol in te kunnen zetten. “We weten dat de omgeving heel belangrijk als het gaat om de adoptie en acceptatie van technologie.” Als die acceptatie er niet is, dan blijft vaak alles bij het oude. Dat is volgens Marjolein den Ouden ook één van de redenen waarom ogenschijnlijke simpele innovaties als beeldbellen nooit echt zijn doorgebroken in de zorg. “De zorg is een echt mensenberoep, professionals associëren de zorg met face-to-face contact, dichtbij zijn, het kunnen aanraken van mensen. Zorgprofessionals noemen die warme zorg één van de mooie kanten van hun werk. Technologie wordt vaak geassocieerd met ‘koud’. Als je als zorgprofessional door de coronamaatregelen opeens niet meer kan of mag zorgen zoals je dat deed, ga je pas nadenken over nabij zijn op een andere manier. En hoe technologie daarbij kan helpen.”
Toekomst: grotere verschillen in maatschappij
Sommige zorgorganisaties maken nu grote stappen, maar tegelijkertijd blijven andere organisaties achter omdat ze de snelheid en veranderingen niet bij kunnen bijbenen. Ook die trend signaleert Marjolein den Ouden. “Technologie kan je werk en leven verrijken, maar het kan ook heel veel frustratie opleveren als je als persoon of als organisatie nog niet klaar bent voor het gebruik van technologie. Ik denk dat we daardoor ook grotere verschillen gaan krijgen tussen de mensen en organisaties die al bezig waren met innovatie en nu echt stappen maken en versnellen. En de mensen en organisaties die niet meekunnen omdat ze nog zoekend zijn en niet weten waar en hoe ze moeten beginnen. Daar moeten we ook als samenleving oog voor hebben.”
Daarom wordt ook het onderwijsveld in het onderzoek naar de inzet van de virtuele assistent heel nadrukkelijk betrokken. Studenten van Saxion doen onderzoek en de resultaten worden breed gedeeld. “Die integratie en het breed delen is zo belangrijk: wat leren we nu van zo’n onderzoek? Wat betekent dit voor onze opleidingen? Hoe kunnen we deze kennis en ervaringen integreren en wat hebben nodig om studenten goed op te leiden in dit veranderende werkveld?”